Interview

Nikki Sterkenburg over gederadicaliseerde Dennis Abdelkarim Honing

03-03-2015 19:09

Tijdens de rentree van talkshow Pauw was dinsdagavond Dennis Abdelkarim Honing te gast. Aanleiding was het boek Ongeloofwaardig waarin Honing vertelt over zijn deradicalisering van de islam. Het boek is geschreven samen met Elsevier-journaliste Nikki Sterkenburg die ook naar Pauw keek. 

 

Honing is behoorlijk mediageniek, hij praat in oneliners.
“Hij geeft zelf ook toe in het boek dat hij een beetje mediageil is. Het bijzondere aan hem is dat hij zich nooit gek laat maken door media of groepsdruk en dat maakt hem interessant.”

Hoe kennen jullie elkaar?
“Ik heb hem voor het eerst ontmoet in oktober 2013 omdat ik een verhaal maakte over Syriëgangers. In januari 2014 sprak ik hem weer over Victor Droste die inmiddels in Syrië zit en die bij Dennis op de bank sliep. We zaten urenlang in theehuizen om te praten en in februari 2014 vroeg hij me of ik wilde helpen met zijn boek.”

 

‘Veel stellingen in mijn scriptie bleken niet te kloppen zoals de koppeling van de radicale islam aan sociale achterstand en klasse’

 

Waarom deed je het?
“Ik heb islam in de Moderne Wereld gestudeerd en een scriptie geschreven over radicalisering. Maar ja, veel van mijn stellingen in die scriptie bleken niet te kloppen zoals de koppeling van de radicale Islam aan sociale achterstand en klasse. Ik heb Abou Moussa ontmoet die nu vastzit en sprak met Soufiane die in Syrië omgekomen schijnt te zijn en de jongen die zichzelf in Bagdad heeft opgeblazen. Stuk voor stuk geen achtergestelde jongeren die uit onvrede handelden.

“De gesprekken met Dennis gaven me de mogelijkheid om dat radicaliseringsproces op te tekenen. En het gaat over de ondergrondse jihad in Nederland dus dat is sowieso allemaal heel spannend. ‘Straat Dawah’ waar Dennis bijzat, was wel een harde kern van vijftien jongens waarvan nu bijna iedereen vastzit zit of in Syrië is. Toen we begonnen gaf hij vrouwen geen hand, maar in de zomer van 2014 stond hij te highfiven met de marketingvrouwen van de uitgever.”

Waar ging het mis met hem?
“Dennis en de andere leden van Straat Dawah voelden enorme weerzin tegen moskeeën die meewerkten met de overheid en een milde vorm van het geloof voorschotelden. Ze vermoedden een dubbele agenda van subsidies, bijvoorbeeld bij de liberale Poldermoskee in Amsterdam waar ze zelfs in het Nederlands predikten. Dat politiek correcte was Dennis zó zat dat hij op een dag die moskee uitliep en naar de El Tawheed Moskee in Amsterdam wandelde. Hij zocht iets oprechts en kwam uit bij het jihadisalafisme.”

Ze hadden niks met die soort van PvdA-islam?
“Dat vond hij onoprecht want als bekeerling was hij op zoek naar een zuivere vorm. Hij wilde helemaal niet horen dat je op tijd op je werk moet komen. In 2011 werd er geprotesteerd tegen het boerkaverbod; Fouad Belkacem van Sharia4Belgium zou daar spreken, maar die zat vast. De jongens van Straat Dawah vroegen Dennis en vanaf dat moment rolde hij die groep in.”

Wat was dat voor een club?
“Aanhangers van Islamitische Staat die vinden dat de sharia de enige geldende wet is. Dat betekent dus dat ze het onthoofden van anders gelovigen goedkeuren en dat ze het liefste zelf meestrijden met IS. Verder bezochten ze christelijke dorpen in Nederland om het ware geloof te verkondigen en riepen ze op tot de vrijlating van Mohammed B. Zij vinden onthoofdingen of de doodstraf voor afvalligen prima.”

Wat bracht bij Honing de ommekeer?
“Hij kwam in een geloofscrisis terecht, kon het niet rijmen dat mensen dood gingen aan kanker terwijl Allah goed én almachtig is. Daarnaast is hij altijd van zijn vader blijven houden die alles voor hem doet. Hij stelde zichzelf de vraag: is dát nu iemand die dood moet van mijn ideologie? En daarnaast vindt hij bepaalde zaken in het geloof zelf onethisch; Aisja die met Mohamed trouwde op haar negende en slavernij vindt hij ook helemaal niks.”

Wat gaf de doorslag?
“Hij kreeg altijd kritiek binnen de groep omdat hij niet slaafs achter het geloof aanrende. Uiteindelijk was de druppel dat hij altijd door de groep werd aangesproken op zijn grapjes. Hij schreef op Facebook dat het een probleem was dat de letter P niet bestaat omdat er dan ook geen paradijs zou zijn (de letter P bestaat in het Arabisch niet, BH). Hij heeft zichzelf buiten die groep geplaatst.”

Loopt hij nu gevaar?
“Hij is wel een afvallige die de doodstraf verdient volgens zijn oude vrienden. Er zijn wel wat voorzorgsmaatregelen die we nemen zoals een taxi voor de deur bij de studio van Pauw. De reacties op Twitter na het interview waren heel erg; er werd zelf gefilosofeerd dat zijn vrouw een vuile afvallige is terwijl dat een hele lieve vrouw is. Bovendien is zijn vader ook bedreigd.”

Wat kunnen we leren over de manier waarop de overheid met de radicale Islam omgaat?
“In ieder geval dat ze alles beter in de gaten houden, ook als er even geen Code Oranje of Code Rood is. We hadden na de Hofstadgroep een Actieplan Radicalisering, maar dat is afgebouwd tijdens Rutte 1 omdat er geen radicale islam zou bestaan in Nederland. Maar ja, in 2011 werd er toch duidelijk geprotesteerd tegen het Burkaverbod? En we moeten stoppen met de koppeling leggen tussen een sociale achterstand en het gebruik van geweld. Jihadi John kwam ook uit een goede familie?

“Er is gewoon een ideologie die hier gegrondvest is met eigen predikers en teksten. Mohammed B. heeft in de rechtszaal overduidelijk verteld waarom hij Theo van Gogh moest vermoorden van zijn geloof. Duidelijker kon hij niet zijn, maar het blijft blijkbaar nodig om andere verhalen te vertellen. De Jihadist die zichzelf opblies in Bagdad, werkte in de ICT, had een lease-auto met een gezinnetje.”

Het is belangrijk om te erkennen dat de banden tussen het geloof en het geweld er gewoon zijn?
“Dennis zegt daarover: ‘Je kan er veel over debatteren, maar de jurisprudentie van de Sharia liegt er niet om qua straffen. Het is oog om oog, tand om tand en dat gebeurt er bij IS.’ Natuurlijk zegt hij ook dat er heel veel normale moslims zijn, maar geweld is wezenlijk onderdeel van de islamitische jurisprudentie. Hij zegt: ‘Misschien moeten we wat mooi is houden en wat lelijk is, schaffen we af’.”