Media & TV

In mediaquotes: Ruud de Wild

11-02-2015 20:34

De weken van Ruud de Wild waren het even niet. Een 43-jarige vrouw uit het Gelderse Elst mag van het OM geen contact meer zoeken met de Radio538-deejay nadat ze honderden seksueel getinte mails en tweets stuurde. Het OM eiste ook nog een celstraf van 193 dagen waarvan 180 voorwaardelijk, uitspraak aan het eind van deze maand. Ook werd de deejay door werkgever 538 in de middag vervangen door Coen & Sander. En dus: wat vindt Ruud de Wild?  

…van de overstap van Q-Music naar Radio 538 in 2010:

“Weet je, ik heb het echt geprobeerd. Ik kan er heel ingewikkeld over doen, maar naast Edwin Evers (de dj die op hetzelfde tijdstip bij 538 op de radio is, red.) lukt het gewoon niet. Die is gewoon te goed! Ik vind het echt zo Nederlands om dat dan weer onderuit te halen, maar Evers is heel goed in wat hij doet, en dat is hij al heel lang. Ik ben natuurlijk een ijdel mannetje en dacht: ik ga het wel even doen. Maar mensen blijken het station gewoon niet zo leuk te vinden, of mij niet. Of allebei niet.”

 

…van zijn vader

“Mijn vader was letterzetter. Later werkte hij voor een inktfabriek, dus hij was altijd bezig met letters. Zo kwam ik in aanraking met van die loden zetletters, dat vond ik prachtig. Na de middelbare school werkte ik bij Apple. Daar zag ik de eerste computerfontjes. Zo ben ik een fontfreak geworden. Ik heb er veel. Ik spaar ze. Ik hou ervan letters te bekijken en er mee te spelen. Letters zeggen dingen die je dan niet meer hardop hoeft te zeggen of hoeft uit te leggen. Zo kun je dingen uitspreken op een doek. Haast alsof iemand anders ze voor je zegt.”

Volkskrant, 2010
…van zichzelf

“Ik ben een leukere persoonlijkheid dan tien jaar geleden. Vind andere dingen belangrijk. Zie nu dat ik te veel geloofde in het glamourimago van de succesvolle dj: drank, feesten en rock ‘n-roll. Als je jong bent, vind je dat stoer en wil je meedoen. Ik probeerde krampachtig dat beeld op te houden, ook al knaagden twijfels of was ik bang. Om dat te camoufleren bakende ik keurig gespreksonderwerpen af of lulde om zaken heen, waardoor ik gekunsteld en afstandelijk overkwam. En soms werd ik juist weer woedend als iemand iets over me zei of schreef. Ik heb therapie gehad waarbij ik in de spiegel naar mezelf moest kijken om vervolgens eerlijk te zeggen wat ik zag. Ook de onplezierige kanten moest ik benoemen. Dat vond ik een zware wedstrijd. Heel pittig. Ik ontdekte dat ik minder leuk was dan ik dacht. Wat een lul. Een allemansvriend die met de mensen die er echt toe doen in zijn leven geen fatsoenlijk contact had. Ik wist: zo wil ik het niet meer. Wanneer ik nu met mijn dochter ben, vind ik het echt leuk om haar verhaal te horen. Ga ik ervoor zitten en heb ik er plezier in. Eerder had ik dat niet. Net zoals je op verschillende manieren met iemand kunt ontbijten: gewoon je eten naar binnen schuiven of met elkaar praten tijdens dat moment.”
…nog een beetje van zichzelf (omdat het goede teksten zijn):

“Ik ben niet bang om voor lul te staan. Ik ben de schaamte voorbij. In de ogen van veel mensen ben ik een gênante vertoning: 42 jaar, vader van twee kinderen die nog altijd drieletterwoorden op de radio schreeuwt. Het interesseert me geen reet wat ze van me denken. Privé ben ik een leuke echtgenoot en een leuke vader als ‘s avonds de voordeur dichtgaat. Met de rest van de wereld woon ik niet samen. Ik hoef de wereld niet te veranderen, ben geenszins vol van mezelf, maar evenmin vals bescheiden. Ik zoek de balans tussen een goede radiomaker en een goede kunstenaar. Elke ochtend sta ik in mijn atelier. En de handel gaat als een dolle. Er is veel vraag naar. Een De Wild gaat van 1000 euro tot oneindig van de hand. Want als je een schilderij van een kilometer lang wilt, dan maak ik dat.”

AD, 2011

 

…van zijn gelovige broer (in een duo-interview voor de EO met diezelfde broer)

“Laat me raden: je zet ons bij elkaar omdat Ben gelooft en ik niet. En omdat Ben nog bij zijn vrouw is. Nou, dat klopt. Ik geloof niet in een schepping of oerknal, dat vind ik allemaal knap ingewikkeld. Ik kan het geloof niet rijmen met de ellende die ik om me heen zie. Waarom hebben we geen extra gen, zodat we normaal tegen elkaar doen? In de Pinkstergemeente waarin ik ben opgegroeid – een soort sekte – zaten hele enge mensen die in tongen spraken. Geloof en angst gingen daar hand in hand. Later werden we lid van een andere kerk, maar voor mij was het toen al te laat. Bij de katholieken werd het ‘m ook niet, al heb ik Maria nog wel op mijn arm laten tatoeëren – kijk maar. Ik ben redelijk stabiel in het nemen van naiëve beslissingen.”

“Onze karakters botsten al vroeg, omdat ik in alles veel losser ben dan Ben. Hij is altijd stabiel geweest in wat hij wilde; ik kan overal wonen en zie alles als tijdelijk – er moet bij mij altijd een volgende stap zijn. Of ik negatiever ben ingesteld dan Ben? Nee, ik ben realistischer. Bovendien hoort neerslachtigheid bij het kunstenaarsbestaan. Misschien uit ik wat scherper mijn mening omdat mijn wereld harder is. Onze band is verbeterd. Niet dat ik ben veranderd – Ben is vrijer geworden. Hij nodigt jaarlijks onze zussen uit, en ik zie hem op Facebook met mooie flessen wijn. Terwijl vroeger dacht: Hij is vast bang om dronken te worden, want dan geeft God hem een boete.”

EO Visie, 2014